Lieve luisteraar,

Helaas kunnen we elkaar even niet meer ontmoeten in de concertzaal. En thuis, in je eentje, met te veel tijd omhanden, ga je toch onwillekeurig zitten mijmeren over die goede oude tijd. Maar hoe dieper ik in eenzaamheid over onze relatie nadenk, lieve luisteraar, hoe meer ik verstrikt raak in mijn eigen fuik en een heus complot vermoed tegen u!

Schrikt u niet! In verwende tijden hebben musici er alles aan gedaan om de luisteraar buiten te sluiten.

Hoe dan? Opent u de oren!

Op de vleugels van de vooruitgang heeft een avantgardistisch componisten-cabal, opererend vanuit een groezelig Weens koffiehuis, steeds complexere muziek geschreven. Toen u deze storm aan dodecafonieën en conceptuele fascinaties even niet meer kon volgen, lieten deze zelfverzekerde componisten u geloven dat dat kwam door uw eigen luiheid of uw toenemende gebrek aan concentratievermogen. Met het grootste plezier probeerden ze u steeds te choqueren. Volgens een filosoof als Adorno heeft u zich zelfs slaafs laten indoctrineren door de cultuurindustrie!

Andere slinkse muziekfilosofen hebben u langzaamaan links laten liggen. Zeer druk waren ze, met hermetische vraagstukken als: wat is een muziekstuk? Platonisten spraken hoogdravend over universalia en abstracte geluidsstructuren en concludeerden: ‘Het horen van muziek is een afgeleide en gebrekkige manier om met het wezen van het muziekwerk in contact te komen.’ Nominalisten daarentegen raakten niet uitgepraat over de tastbare partituur, geringschatten de uitvoering en verafschuwden elke interpretatie. Aan de luisteraar hechtte geen van hen enig belang.

Zelfs de uitvoerenden hebben u buiten spel gezet. Sinds de planmatige, rigoureuze herinterpretatie van de kunsten door een occulte sekte Idealisten uit Jena is de componist een god geworden en de musicus zijn hogepriester. Onder de misleidend idyllisch klinkende naam ‘Romantiek’ hebben zij de componist heiligverklaard. De focus van de uitvoerend musicus ligt in deze genie-cultus volledig op de oorspronkelijke bedoeling van de componist-Messias, ondanks het feit dat de meeste aanzienlijke componisten al eeuwenlang begraven liggen. U moest vooral stil zitten, niet hoesten, en gedwee luisteren in een ontzagwekkende concertkathedraal.

Alsof dit nog niet genoeg is wordt de laatste decennia, dankzij de ijverige discipelen van het genootschap der ‘historisch geïnformeerde uitvoeringspraktijk’, de stijl en de klank van een veronderstelde uitvoering uit een vervlogen verleden gereconstrueerd. Deze rebellen worden koortsachtig aangevuurd door de utopieën van langharige, communistische oproerkraaiers en notenkrakers, en pogen u tijdens hun bijeenkomsten in te weiden in de ontsloten kennis over mystieke uitvoeringspraktijken. En u wordt daarbij dringend verzocht om uw eigen(tijds) perspectief op stil te zetten of in de garderobe achter te laten.

De luisteraar moest dit allemaal ondergaan. Maar toen kwam het virus dat deze samenzwering eensklaps ontmaskerde als verwaande kletspraat.

In deze corona-crisis is het de klassieke muziekwereld als nooit tevoren pijnlijk duidelijk geworden: muziek is pas van belang tijdens de uitvoering voor een live publiek. Hoogleraar muziekcognitie Henkjan Honing heeft het al eens uitgelegd, maar nu begrijpen wij het pas: ‘Muziek is het luisteren naar geluid. Om te snappen wat muziek tot muziek maakt hebben we zowel de klinkende muziek als de muzikale luisteraar nodig.’ Dat moet zelfs de meest wereldvreemde toondichter nu wel toegeven en zeker de eenzame, in quarantaine studerende musicus en de onthande dirigent. Bovendien kunnen die diepgravende filosofen niet meer om de fundamentele waarheid heen: een muziekstuk bestaat überhaupt niet zonder de luisteraar!

Wij hebben een harde les geleerd. Nu wil ik u vragen lieve luisteraar, als dit allemaal achter de rug is, komt u dan alstublieft weer luisteren? Dan zullen wij u eindelijk in de schijnwerper zetten. We zullen ons tijdens de uitvoeringen en in onze creaties weer tot u richten. En we zullen uw applaus, als we dat verdiend hebben, dankbaarder dan ooit weer in ontvangst nemen.

Hoogachtend,

Uw musicus

--------------

Literatuur:

W. Fiévez, Muziek tussen ontologie en praktijk, in: Welke taal spreekt de muziek? (Budel 2005), 84

Henkjan Honing, Iedereen is muzikaal, (Amsterdam 2009), 65

 

ArnoldSchoenberg.jpg